Een meerderheid va de Nederlandse bevolking is tegen het verruimen van wetgeving om politie meer onderzoeksbevoegdheden op het gebied van telefoongegevens te geven. Dat blijkt uit cijfers van onderzoeksbureau Toluna, dat 1.172 Nederlanders interviewde. In Nederland moet de politie van het Openbaar Ministerie toestemming krijgen voor forensisch onderzoek van mobiele-telefoondata. Van de Nederlanders is 45 procent van mening dat de huidige wetgeving voldoet en veertien procent geeft aan dat de politie juist te veel bevoegdheden heeft voor het forensisch onderzoeken van mobiele telefoons. 41% is voor verruiming, een percentage dat stijgt naarmate de leeftijd van de ondervraagden toeneemt.
Bevoegdheden
Het onderzoek toont eveneens aan dat 71 procent van de ondervraagden bereid is de politie meer bevoegdheden te geven om informatie van mobiele telefoons te halen, wanneer ze toevallig in de buurt van een misdaad zijn. Onder de jongeren (achttien tot 24 jaar) is deze bereidheid aanzienlijk lager: zestig procent.
Ondervraagden van 66 jaar en ouder zijn juist meer dan gemiddeld bereid deze toestemming te verlenen: tachtig procent. 29 procent van alle ondervraagden zou helemaal niet instemmen met deze maatregel. Van de respondenten vindt 33 procent het acceptabel om de onderschepte telefoongegevens een week op te slaan, 38 procent zou instemmen met opslag voor een jaar en 28 procent met opslag voor onbepaalde tijd.
Verkeer
Verder wordt duidelijk dat de Nederlanders de grens trekken bij verkeersovertredingen. 61 procent van hen accepteert niet dat de politie gegevens van mobiele telefoons onderzoekt tijdens verkeerscontroles, bijvoorbeeld om bestuurders te traceren, die sms’en of niet-handsfree aan het bellen zijn. De uitzondering hier is ook de groep van 66 jaar en ouder. Onder hen accepteert 52 procent detectie van mobiele-telefoonverkeer voor verkeersovertredingen.
Deze posting is gelocked. Reageren is niet meer mogelijk.