D66 heeft ministers Yesilgöz van Justitie en Veiligheid, Bruins Slot van Binnenlandse Zaken en Weerwind voor Rechtsbescherming om opheldering gevraagd nadat de rechter vorige week oordeelde dat de burgemeester van Utrecht een jongen uit Zeist geen 'online gebiedsverbod' had mogen opleggen. Door dat toch te doen handelde burgemeester Dijksma in strijd met de Grondwet, aldus de rechter.
De burgemeester stelde dat de jongen met een online oproep de Utrechtse Algemeen Plaatselijke Verordening (APV) had overtreden. Daarop bepaalde Dijksma dat de jongen een dwangsom van 2500 euro moest betalen als hij weer zou oproepen om in Utrecht samen te komen voor het verstoren van de openbare orde. Volgens de rechter komt de uitleg die de burgemeester aan de APV geeft erop neer dat een gemeente de inhoud van een online bericht aan banden legt en dat is in strijd met de Grondwet. Alleen de landelijke wetgever mag onder voorwaarden de vrijheid van meningsuiting beperken.
D66-Kamerleden Sneller en Dekker-Abdulaziz willen nu opheldering van de ministers. "Hoe oordeelt u over het feit dat de rechter heeft geoordeeld dat het verbod op het tonen van bepaald gedrag op een openbare plaats uit de APV geen betrekking heeft op het online doen van een oproep tot verstoring van de openbare orde in Utrecht", zo willen ze weten. Ook vragen ze naar de mening van de bewindslieden over het oordeel van de rechter dat het verbieden van online uitingen door de burgemeester een ontoelaatbare beperking van de vrijheid van meningsuiting inhoudt en dus in strijd is met de Grondwet.
De ministers moeten ook duidelijk maken of ze het eens zijn met de conclusie van de rechter dat alleen de landelijke wetgever, onder voorwaarden, de vrijheid van meningsuiting mag beperken en dat die bevoegdheid niet via een lokale regeling aan de burgemeester kan worden toegekend. "Wat zijn, naar uw oordeel, de consequenties van deze uitspraak voor lokale experimenten met online gebiedsverboden van burgemeesters in andere steden?", zo willen de D66-Kamerleden verder weten.
"Bent u voornemens om uw rol als landelijk wetgever op te pakken en de Kamer een alternatief voorstel te sturen om online opruiing aan te pakken", zo luidt een volgende vraag. Als laatste moeten de bewindslieden laten weten welke andere alternatieve mogelijkheden ze zien om, op basis van de juiste wettelijke grondslag, online opruiing aan te pakken. Yesilgöz, Bruins Slot en Weerwind hebben drie weken om met een reactie op de Kamervragen te komen.
Deze posting is gelocked. Reageren is niet meer mogelijk.